Rechtbank Amsterdam - kunstwerk man met vogeltje
Beeld: ©Rijksoverheid

Wetsadvies Wet testen bij vertrek

Gedwongen verwijdering van een vreemdeling is op dit moment niet mogelijk als een coronatest wordt vereist en de vreemdeling zich verzet tegen het afnemen van een test. Onder de huidige Nederlandse wet- en regelgeving zijn een coronatest en het verstrekken van testuitslagen en vaccinatiegegevens niet afdwingbaar.

De door het kabinet voorgestelde wijziging (Wet testen bij vertrek) voorziet door invoeging van een bepaling (artikel 63a) in de Vreemdelingenwet 2000 in een algemene wettelijke basis voor het gedwongen afnemen van een test bij een vreemdeling naar besmettelijke ziektes en mededeling van de uitkomst van de test aan de minister van Justitie en Veiligheid.

Op 3 juli 2023 heeft de adviesraad advies uitgebracht over dit voorstel tot wijziging van de Vreemdelingenwet 2000. Voor alle aanbevelingen verwijst de adviesraad naar het advies. In het onderstaande worden twee aanbevelingen toegelicht.

Toelichting van twee van de aanbevelingen

De adviesraad constateert dat dit wetsvoorstel een algemene wettelijke basis creëert voor verschillende soorten testen naar alle besmettelijke ziektes. Voor ieder type test is naar het oordeel van de adviesraad een afzonderlijke proportionaliteitstoets noodzakelijk. De coronatest bestaat uit een gedwongen diepe neus- en keelafname. Andere type testen kunnen een grotere inbreuk op de lichamelijke integriteit maken, zoals het gedwongen afnemen van bloed. Daarnaast kan de migrant principiële en/of levensbeschouwelijke bezwaren hebben tegen zowel het gedwongen afnemen van de test als het ontvangen van de uitslag van een (bloed)test naar ernstige besmettelijke ziekten die een inbreuk maakt op het recht op respect voor de persoonlijke levenssfeer. Daarom beveelt de adviesraad als eerste aan om de wettelijke basis voor het gedwongen testen te beperken tot de test op coronavirusinfecties.

Een tweede aanbeveling luidt dat in de memorie van toelichting bij het wetsvoorstel wordt opgenomen dat het oordeel van de bestuursrechter over een verzoek tot het treffen van een voorlopige voorziening hangende bezwaar, wordt afgewacht voordat een gedwongen test naar besmettelijke ziektes wordt uitgevoerd. Alleen dan is er sprake van effectieve rechtsbescherming. In de voor advies voorgelegde toelichting wordt naar het oordeel van de adviesraad gesuggereerd dat het oordeel van de rechter niet hoeft te worden afgewacht.

Vragen

Heeft u vragen over dit wetsadvies? Neem dan contact op met David de Jong