Wist je dat … het van veel migranten die moeten terugkeren niet duidelijk is waar ze zijn gebleven?

Blogs

De Nederlandse overheid wil dat migranten die niet (meer) rechtmatig in Nederland verblijven ons land verlaten. Bij afwijzing van een asielaanvraag of bij constatering van onrechtmatig verblijf legt de overheid een vertrekplicht ('terugkeerbesluit') op. Maar hoe vaak verlaten migranten met een vertrekplicht Nederland nu echt? Hebben we wel goed zicht op die terugkeer? En waar gaan deze mensen naar toe?

Vliegtuig dat klaarstaat voor vertrek op vliegveld
Beeld: ©Kamaruld Salleh

Terugkeer: waar gaat het eigenlijk om?

Bij terugkeer gaat het vaak om terugkeer naar het herkomstland, maar het kan ook gaan om asielzoekers die terug moeten naar het Europese land waar ze al eerder een asielaanvraag hebben ingediend of waar ze als eerste zijn aangekomen. Dat wordt een ‘Dublinzaak’ genoemd (volgens EU-regels over welke lidstaat verantwoordelijk is voor de behandeling van een asielaanvraag, vastgelegd in de Dublinverordening). Het komt ook voor dat iemand tijdens het terugkeerproces uit beeld raakt (‘vertrek met onbekende bestemming’). Het terugkeerproces kan overigens ook als uitkomst hebben dat iemand alsnog (tijdelijk) mag blijven. Een voorbeeld daarvan is als iemand met een vertrekplicht een asielaanvraag indient en deze wordt ingewilligd.

Uitkomsten van het terugkeerproces

De Dienst Terugkeer en Vertrek (DT&V) voert het terugkeerbeleid uit. De inzet is vrijwillig vertrek, waarbij de migrant vaak een (beperkte) financiële ondersteuning wordt aangeboden. We noemen dit zelfstandig vertrek. Als de migrant niet wil meewerken volgt gedwongen terugkeer, oftewel uitzetting. Van de 15.860 terugkeerzaken die de DT&V in 2024 afhandelde, resulteerden 5.990 (38%) in aantoonbaar vertrek uit Nederland (waarvan iets meer dan de helft vrijwillig vertrok, en iets minder dan de helft gedwongen)). In 5.740 zaken (36%) ging het om vertrek naar een onbekende bestemming, en 4.130 (26%) zaken werden stopgezet omdat de persoon alsnog rechtmatig verblijf verkreeg. Als we de laatste groep buiten beschouwing laten (zij hoeven immers toch niet terug), stijgt het aantoonbare vertrekpercentage naar 51%.

Uitkomsten vertrekprocedures DT&V, 2023-2024
Beeld: ©Adviesraad Migratie, op basis van Staat van de Migratie 2025, figuur 103 p. 110

Van de mensen die vertrekken is ongeveer een derde een 'Dublinzaak': vertrek naar een andere EU-lidstaat dus. Veel van deze zaken zijn gedwongen vertrekken. En ook bij Dublinzaken komt het voor dat iemand uit beeld raakt voordat vertrek kan worden gerealiseerd. Het gaat overigens niet alleen om personen van buiten de EU die moeten vertrekken. Ook EU-burgers kunnen een vertrekplicht opgelegd krijgen. Zo staat Polen in de top 5 nationaliteiten van aantoonbaar vertrek. Die top 5 bestaat verder uit Syriërs, Algerijnen, Marokkanen en Turken.

Sommige terugkeerzaken worden niet afgehandeld door de DT&V. Die blijft over het algemeen buiten beeld als de Koninklijke Marechaussee iemand na weigering aan de grens (bijvoorbeeld op Schiphol of bij controles bij de grenzen met België en Duitsland) direct terugstuurt. Ook kan het voorkomen dat iemand al tijdens de asielprocedure met onbekende bestemming vertrekt. Dit wordt door de politie geregistreerd en dan is hulp van de DT&V ook niet nodig. Als we nu kijken naar álle vertrekregistraties, met en zonder betrokkenheid van de DT&V, dan blijkt uit de Staat van de Migratie 2025 dat in 2024 11.820 personen die moesten vertrekken ook aantoonbaar Nederland hebben verlaten (54% van het totaal). 9.870 personen zijn met onbekende bestemming vertrokken (46% van het totaal).

Vertrokken met onbekende bestemming?

De bovenstaande cijfers laten zien dat bij een aanzienlijk deel van de personen met een terugkeerbesluit het niet duidelijk is of zij echt vertrokken zijn. Waar ze dan wel zijn, is niet bekend: ze zijn in ieder geval uit het zicht van de overheid. Ze kunnen nog ergens in Nederland zijn, in een andere EU- lidstaat, of elders buiten de EU. Dat deze informatie lastig is om op tafel te krijgen, komt omdat Nederland - net als de meeste EU-lidstaten - geen waterdicht systeem heeft waarin wordt geregistreerd wie het land in- of uitgaat. Ook wisselen EU-landen hierover nauwelijks informatie uit.

Terugkeercijfers gaan maar over een beperkte groep

Tot slot, deze vertrekcijfers van migranten met een vertrekplicht vormen slechts een beperkt deel van alle migranten die Nederland jaarlijks ook weer verlaten. Het overgrote deel van de personen die voor een bezoek of (tijdelijke) vestiging naar Nederland komt en na verloop van tijd weer vertrekt, krijgt géén vertrekplicht opgelegd. Dat gebeurt alleen in het geval van 'overstaying' (langer blijven dan mag) én als dit bij een controle wordt vastgesteld.

Het blijft dus een uitdaging om volledig inzicht te krijgen in het terugkeerproces van migranten. Ongeveer de helft van de migranten met een terugkeerbesluit verdwijnt uit het zicht. Een beter sluitend registratiesysteem en meer intensieve samenwerking tussen EU-landen zal meer inzicht geven, én mogelijk de effectiviteit van het beleid verhogen. De geplande uitbreiding van systemen op EU-niveau - waaronder de invoering van een entry-exit systeem - biedt daar kansen voor.

Reactie toevoegen

U kunt hier een reactie plaatsen. Ongepaste reacties worden niet geplaatst. Uw reactie mag maximaal 2000 karakters tellen.

* verplichte velden

Uw reactie mag maximaal 2000 karakters lang zijn.

Reacties

Er zijn nu geen reacties gepubliceerd.