Wist u dat ... structurele binnengrenzen niet stroken met Europese regels?
Blogs
De herinvoering van grenscontroles vormt een fundamentele verschuiving binnen de Europese Unie, waarin het waarborgen van vrij verkeer van personen juist een kernbeginsel is. Lidstaten als Duitsland, Frankrijk, Oostenrijk, Denemarken, Polen en Zweden maken op steeds bredere schaal gebruik van artikel 25 van de Schengengrenscode (hierna SGC), waarin regels staan opgenomen over het overschrijden van Europese grenzen. Deze bepalingen, oorspronkelijk bedoeld voor tijdelijke en uitzonderlijke situaties, worden al sinds 2015 ingezet maar sinds 2025 steeds vaker en langduriger. Dat staat haaks op het onderliggende principe van een open Europese Unie zonder binnengrenzen.

Nationale praktijken
Duitsland voert sinds 2015 onafgebroken grenscontroles uit aan de grens met Oostenrijk, officieel ter bestrijding van mensensmokkel en irreguliere migratie. In 2023 en 2024 werden de controles uitgebreid naar de grenzen met Polen, Tsjechië, Zwitserland en Nederland, waarbij in sommige gevallen gebruik wordt gemaakt van drones en infraroodtechnologie.
Ook Frankrijk maakt sinds 2015 continu gebruik van artikel 25 SGC, eerst vanwege de noodtoestand na de aanslagen in Parijs, later vanwege "aanhoudende dreigingen voor de binnenlandse veiligheid", irreguliere migratie en grensoverschrijdende criminaliteit. De grenscontroles, met name aan de grenzen met België, Italië en Spanje, leiden tot duizenden identiteitscontroles en tijdelijke aanhoudingen, vaak zonder concrete verdenking.
Oostenrijk voert sinds 2015 controles uit aan de grenzen met Hongarije en Slovenië, later ook met Tsjechië. Volgens de Oostenrijkse regering zijn deze maatregelen noodzakelijke vanwege het falen van het Europese asiel- en terugkeerbeleid. Denemarken controleert sinds 2016 reizigers aan de grens met Duitsland. Deze controles worden stelselmatig verlengd en gecombineerd met automatische nummerplaatherkenning en militaire ondersteuning.
Mede als reactie op het Duitse besluit om asielzoekers die vanuit Polen kwamen direct terug te zenden, voerde Polen in 2025 grenscontroles in aan de grens met Duitsland. Tegelijk werden ook controles ingesteld aan de grens met Litouwen. Zweden voerde begin 2025 opnieuw grenscontroles in aan de grens met Denemarken, onder meer vanwege de toenemende aantallen Oekraïense vluchtelingen en binnenlandse discussies over opvangcapaciteit. Een totaal overzicht van het aantal Schengen landen dat momenteel actieve binnengrenscontroles uitvoert kan hier worden gevonden.
Wanneer tijdelijk permanent wordt
Sommige lidstaten voeren dus al jarenlang onafgebroken grenscontroles uit, terwijl artikel 25 SGC voorschrijft dat zulke maatregelen in principe maximaal zes maanden mogen duren. Die termijn geldt voor de totale duur, ook als de controles in stappen worden verlengd. Alleen wanneer er sprake is van een nieuwe, voldoende onderbouwde dreiging, mag een nieuwe periode ingaan. De huidige praktijk werpt fundamentele vragen op. Zo staat de proportionaliteit onder druk wanneer tijdelijke noodmaatregelen feitelijk permanent worden ingezet; de maatregel staat dan niet meer in verhouding tot het nagestreefde doel. Ook roept het langdurig negeren van de afgesproken termijnbeperkingen zorgen op over de rechtsstatelijkheid binnen de EU. Als lidstaten zich structureel niet aan regels houden en de Europese Commissie grijpt niet in, wat is dan de waarde van het EU-recht? Ten slotte rijst de vraag hoe toekomstbestendig het Europese project is, als juist de kernprincipes van vrij verkeer en wederzijds vertrouwen door lidstaten zelf worden uitgehold.
Bovendien kunnen verschillen tussen lidstaten leiden tot spanningen tussen lidstaten op politiek niveau, maar ook op het niveau van de uitvoering. Bijvoorbeeld omdat er aan beide kanten van een grens, die allebei onderdeel zouden moeten uitmaken van één Europa, heel ander beleid wordt (uit)gevoerd. Zonder Europese afstemming ondermijnen deze nationale maatregelen het wederzijds vertrouwen tussen lidstaten - een cruciale pijler van Schengen. Om het vertrouwen te behouden is het van belang dat landen samenwerken aan een gemeenschappelijk en samenhangend Europees migratie- en grensbeleid.
Een moment van heroverweging?
De opmars van grenscontroles binnen het Schengengebied is een signaal van bredere bestuurlijke onzekerheid en politieke frictie binnen Europa. Wat ooit als tijdelijke noodmaatregel werd ontworpen, dreigt in de praktijk te verworden tot een structureel instrument, met alle risico’s van dien: van uitholling van bestaande wet- en regelgeving tot afnemend vertrouwen in Europese afspraken.
De inzet van artikel 25 SGC is begrijpelijk in het licht van maatschappelijke zorgen over grip en draagkracht, maar mag niet in de plaats komen van een coherente langetermijnvisie op migratie. Zoals de Adviesraad Migratie eerder constateerde: duurzame grip ontstaat niet door steeds meer vermeende controle, maar door beleid dat realistisch, transparant en maatschappelijk ingebed is. Dit vraagt om duidelijke keuzes van zowel nationale regeringen als Europese instellingen: tussen tijdelijke symptoombestrijding en een gezamenlijk toekomstgericht migratiebeleid.
Meer weblogberichten
Reactie toevoegen
U kunt hier een reactie plaatsen. Ongepaste reacties worden niet geplaatst. Uw reactie mag maximaal 2000 karakters tellen.
Reacties
Er zijn nu geen reacties gepubliceerd.